De behandeling van de strafzaak tegen PVV-leider Geert Wilders loopt zeker een half jaar vertraging op. Na het toegewezen wrakingsverzoek moet het gerechtshof Den Haag nieuwe raadsheren aanwijzen die zich over de zaak moeten buigen.
,,Zij moeten zich inlezen in het dossier en daar is tijd mee gemoeid”, aldus persraadsheer Kiki Plugge vrijdag. ,,Daarbij is dit een grote zaak die ingepland moet worden in de rest van het schema van het hof.”
De rechters van het Haagse gerechtshof die volgens Wilders de schijn van partijdigheid hebben gewekt, worden van de zaak afgehaald. Dat heeft de wrakingskamer vrijdag bepaald. Drie andere rechters zullen met de zaak aan de slag moeten.
Wrakingsverzoek advocaat Wilders
Wilders en zijn raadsman Geert-Jan Knoops deden het wrakingsverzoek donderdag, tijdens de eerste dag van de inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen Wilders. Het hof had daarvoor elf zittingsdagen uitgetrokken. De geslaagde wraking zal leiden tot vertraging en een streep door die planning.
De PVV-leider staat terecht voor zijn ‘minder Marokkanen’ uitspraken in 2014. De rechtbank veroordeelde de politicus in 2016 voor groepsbelediging en het aanzetten tot discriminatie van Marokkanen, maar hij kreeg geen straf opgelegd. Zowel Wilders als het Openbaar Ministerie (OM) tekende hoger beroep aan tegen het vonnis.
Wilders wraakte de raadsheren van het hof nadat zij een aantal verzoeken van hem hadden afgewezen. De PVV-voorman wilde uitstel van het proces, om onderzoek te kunnen doen dat hij volgens hem nodig is voor zijn verdediging. Wilders meent dat het OM met twee maten meet: terwijl hij wordt vervolgd, is een zaak tegen D66-voorman Alexander Pechtold geseponeerd. Pechtold deed in februari omstreden uitspraken over Russen. Het hof vond dat onderzoek niet nodig. Wilders vindt dat hij op deze manier geen eerlijk proces krijgt.
Knoops deed tijdens de behandeling door de rechtbank ook een wrakingsverzoek, maar dat werd afgewezen.